Supervisie: een plaatsbepaling

Supervisie als methode wordt wel eens verward met ‘werken onder toezicht van’ of ‘werken onder verantwoordelijkheid van’. Supervisie roept het beeld op van werk dat gecontroleerd wordt. Dit is precies het tegenovergestelde van wat supervisie beoogt.

Supervisie is een op de persoon afgestemde begeleiding die leert om op afstand op de beroepsuitoefening te reflecteren. De supervisor begeleidt de supervisant in zijn ontwikkeling naar steeds meer zelfsturing. Iemand leert het eigen leren te sturen door aanwezige kennis expliciet te maken en te benutten, gedragsalternatieven bewuster te hanteren en zodoende steeds meer grip te krijgen op het eigen handelen. Supervisie onderscheidt zich van andere vormen van begeleiding en leren zoals coaching, werkbegeleiding, instructie of therapie.

Onderstaand een weergave waarin andere begeleidingsvormen zich onderscheiden van supervisie:

  • Coaching is vooral gericht op het verwerven of verbeteren van specifieke vaardigheden. Reflectie speelt wel een rol, maar het leren reflecteren is geen doelstelling op zich. Niet de reflectie staat centraal, maar het aanleren van vaardigheden waartoe concrete feedback gegeven wordt. De sturing van de coach is doelgericht en relatief groot.
  • Training is gericht op het leren van een bepaalde taak of werkwijze. Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van een diagnostisch instrument of het toepassen van een behandelprotocol. Het is een vorm van begeleiden waarin het leren van vaardigheden centraal staat en niet het leerproces zelf. Soms wordt het aanleren van een bepaalde behandelmethodiek supervisie genoemd, maar strikt genomen is het een vorm van training.
  • Werkbegeleiding wordt ingezet door de organisatie opdat de medewerker zijn bijdrage levert aan het bereiken van de organisatiedoelen. De werkbegeleiding kan uitgevoerd worden door een ervaren collega of een collega met specifieke ervaring. Deze draagt zorg voor de vakinhoudelijke professionele vorming
  • In psycho- of leertherapie staat het persoonlijke leven en het persoonlijke welzijn centraal. Het is niet gericht op de kwaliteit van de beroepsuitoefening. Wanneer in supervisie persoonlijke thema’s aan de orde komen is dat in relatie tot de beroepsuitoefening.

Supervisie onderscheidt zich van bovenstaande leer- en ondersteuningsvormen doordat het accent ligt op het begeleiden en stimuleren van het leren. Supervisie kan echter wel de kenmerken van genoemde ondersteuningsvormen dragen. We zullen dat ook tegenkomen tijdens de supervisie sessies. Soms gebeurt het en zullen we hier achteraf op reflecteren en soms zullen we het expliciet benoemen. Bijvoorbeeld wanneer we het grensvlak tussen werkbegeleiding en supervisie naderen of wanneer er een grens in beeld komt t.a.v. persoonlijke vraagstukken en er een verwijzing kan komen naar therapie.

Daarnaast hebben ook veel gedragskundigen op regelmatige basis intervisie. Zowel intervisie als supervisie zijn reflectieve methoden en beide spelen een grote rol in nascholing en bij registratietrajecten van gedragskundigen. Intervisie is een georganiseerd gesprek tussen 6-8 vakgenoten of professionals. Onderwerp van gesprek is een door een van hen ingebrachte casus over het werk vergezeld door een intervisievraag. Intervisie speelt zich dus af tussen collega’s. Dit kunnen directe collega’s zijn uit dezelfde organisatie of instelling of collega’s die hetzelfde vak uitoefenen bij een andere organisatie. Bij intervisie denk je met elkaar mee.

De onafhankelijke supervisor

Vroeger werd vaak een meer ervaren collega tot ‘supervisor’ benoemd. De gedachte was dat deze vanuit een soort meester-gezelrelatie de beginnende professional het best in kon voeren in het vak. De ervaring in instellingen heeft geleerd dat men er goed aan doet om de individuele ondersteuning op te delen in twee functies: werkbegeleiding en supervisie. Beide zijn noodzakelijk in een professionaliseringstraject. Dat de begrippen nogal eens voor verwarring zorgen is jammer, want als zij methodisch worden toegepast, vullen ze elkaar goed aan. In de brochure van de NVO kan je meer lezen over de verschillen tussen  werkbegeleiding en supervisie. Je kan deze brochure even doornemen, zodat jouw verwachtingen t.a.v. supervisie duidelijk zijn.

Jij hebt gekozen voor een supervisor buiten de eigen organisatie. Dit heeft een aantal voordelen:

  • Ik ken jouw organisatie niet van binnenuit, daardoor gaan we in het supervisieproces minder snel naar een vorm van werkbegeleiding.
  • Doordat ik jouw collega’s en leidinggevende niet ken, is het vaak gemakkelijker om hier vrij uit over te praten.
  • Ook ken ik als supervisor (meestal) de cliënten die jij behandelt niet. Daardoor kunnen we met afstand reflecteren en kan ik als buitenstaander onafhankelijk meelezen in jouw casuïstiek als dat aan de orde is

Over de supervisor:

Martine is orthopedagoog generalist sinds 2009 en NVO geregistreerd supervisor bij de NVO sinds 2013. Martine geeft supervisie in het kader van SKJ herregistratie, herregistratie voor de basis orthopedagoog en orthopedagoog generalist, supervisie in het kader van het opleidingstraject tot orthopedagoog generalist en het superviseert de casusbeschrijving voor de basisaantekening diagnostiek.